Logica

Sinds gisteravond ben ik weer een heel stuk wijzer. Je bent nooit te oud om te leren en als je niks weet verbeter je met een beetje informatie meteen je nivo met sprongen. Gisteravond onder het kaarten sprongen we van het nivo hak op de hakketak. Komt omdat je met vier mannen moet zijn om te kaarten. Je kunt er geen vrouwen bij gebruiken. Vrouwen (als je tenminste geen strippoker doet), leiden af onder het kaarten en dat lijden leidt dan tot getak en gehak. Omdat een vriend, van mijn vriend Hayke, op vakantie was moest Hayke, als goede vriend van zijn andere vrienden, zorgen voor een vervanger. Dat was een oud wijf zeg! Wist van alles overal wat af maar wist niet wat allemaal troef was. En als hij toevallig wist wat troef was, speelde hij de verkeerde troef. Gegeven het feit dat hij geen problemen had met bestellen hebben we stilzwijgend wat regels aangepast. Normaal mag je niet praten onder het toepen, wij lieten hem zijn rondjes vol kletsen. Godju, vanmorgen had ik een tong als schuurpapier.
Hij ging zelfs zover dat hij beweerde dat Jezus een student was geweest. Als onnozele kaarters met een beginnende kater vroegen we hem om nadere uitleg. ”Dat is wel heel simpel,” zeidie. ”Jezus woonde tot zijn dertigste bij zijn ouders. Had lange haren en als hij iets deed was dat een wonder! Simpel kom bonjoer! ”
Wij bewonderden uitdrukkelijk zijn logica, lieten John de waard nog eentje op zijn rekening zetten en hij kletste opgetogen verder. Of we wisten wat sneller was, het geluid of het licht? Omdat hij mij aankeek dacht ik het antwoord te moeten geven en zei naar waarheid: ”Het geluid! Want als ik de TV aanzet hoor ik eerst het geluid en zie dan pas het beeld!” Aan de blik in zijn ogen zag ik dat hij erg teleurgesteld was.
Hij stelde de vraag opnieuw en keek mijn buurman aan. Die was heel ongerust zag ik, toen hij zei: ”Het licht natuurlijk, want als ik de radio aanzet zie ik eerst licht en hoor dan pas geluid!”
Onze rondjesgever zei dat het antwoord wel goed, maar de motivatie vout was. Godju zeg, wat een ellende met kaarten.
Hij zei zacht (maar wij konden het toch horen) dat wij onnozele halzen waren en dat hij nu even moest nadenken om de vraag opnieuw te formuleren. Na enig denkwerk zei hij: ”Stel je voor dat je op een bepaalde afstand van een kanon staat. Je ziet dat ze het afschieten. Wat neem je het eerste waar, de flits of de knal?”
Mijn vriend Hayke was de laatste die onze eer kon redden. Hij zei meteen: ”De flits natuurlijk, dat is toch logisch.”
Onze invaller prees hem om zijn goede antwoord en vroeg of hij het ook nader kon uitleggen.
”Tuurlijk,” zei Hayke. ”Je ogen staan nu eenmaal een heel end voor je oren!”
De invaller is daarna op hoge toon tegen ons uitgevallen. Hij leek wel een oud wijf zonder verstand van toepkaarten.




(C)

FvdB

juli 2005


mailbus van Frants

terug naar klets